De pups
Eens de pups geboren zijn, is het belangrijk dat ze meteen starten met melk zuigen. De eerste 24 - 36u moeten ze biestmelk opnemen. Deze melk bevat antistoffen en zal hen in de eerste levensweken beschermen tegen bepaalde infecties. Enkel de eerste dagen na geboorte laat de darmwand van een pasgeboren pup de antistoffen door zodat ze in het bloed komen.
De eerste 10 dagen is het belangrijk de gewichtstoename van alle pups individueel op te volgen. Weeg ze 2x daags: een pup moet elke dag 10% in gewicht toenemen. Slechte gewichtstoename kan op een probleem wijzen en dan moet er eventueel bijgevoederd worden. Aangepast melkpoeder en flesjes zijn verkrijgbaar in onze praktijk.
Op 2, 4, 6, 9 en 12 weken moeten de pups worden ontwormd. Zowaar alle pups worden in de baarmoeder of tijdens het zogen besmet door spoelwormen. Een zware spoelworminfectie kan levensbedreigend zijn.
Vanaf 6 weken leeftijd gaan de antistoffen meegekregen via de eerste moedermelk in hoeveelheid dalen. Daarom krijgen de pups op 6 weken leeftijd de eerste vaccinatie. Tijdens dit eerste dierenartsenbezoek worden de pups klinisch onderzocht en gecontroleerd op bepaalde aangeboren afwijkingen. Op 9 en 12 weken worden de entingen vervolledigd. Als fokker moet u de pups laten chippen en registreren vooraleer u ze verkoopt. Het is niet aan te raden van pups voor de leeftijd van 7 weken uit het nest te halen, o.a. in verband met een goede socialisatie van de pups.
Indien u fokt met een dier met stamboompapieren, kunt u bij ons terecht voor DNA-afname van de nakomelingen.